WAALWIJK - De eerste zeven van zestien vrije sector huurwoningen van WaalwijkWonen aan de Willem Dreeshof in Waalwijk zijn opgeleverd. Een voor Waalwijk uniek woonproject, waar jaren van voorbereiding aan vooraf gingen, en de nodige tegenslag. Er zijn nog zes woningen te huur.
De huizen staan op de plaats van de Oranjeschool, aan het Oranjeplein, die in 2018 werd gesloopt. We kijken even binnen in het vrijdag opgeleverde huis van Peter van Tilburg, de voorzitter van WaalwijkWonen, die druk bezig is de woning in orde te maken.
De woningen zijn levensloopbestendig. De slaapkamer bevindt zich op de benedenverdieping, direct grenzend aan een ruime badkamer. Op de eerste verdieping is een ruimte die gebruikt kan worden als fitness-, slaap- of werkkamer, of een combinatie daarvan. Alle woningen grenzen met een tuintje van 30 tot 40 vierkante meter plus kleine schuur aan het hofje, waar ook ruimte is om de auto te parkeren. Supermarkten, theater De Leest, het busstation en het centrum van Waalwijk bevinden zich op loopafstand.
Harry van Daal (74), penningmeester van WaalwijkWonen, legt uit wat er bijzonder is aan de woonvorm: “Er zijn heel wat ouderen met een koophuis die kleiner willen gaan wonen omdat de kinderen allang de deur uit zijn en het onderhoud ze te veel wordt. En bij het ouder worden komen de lichamelijke mankementen vanzelf. WaalwijkWonen is een coöperatieve vereniging u.a., wat betekent ‘uitgesloten van aansprakelijkheid’. Dat laatste is belangrijk omdat de leden van de coöperatie niet individueel ergens financieel voor aansprakelijk kunnen worden gesteld. De huizen zijn eigendom van de stichting Oranje Wonen, opgericht door een aantal investeerders, die heeft de woningen laten bouwen en ze allemaal aan de coöperatieve vereniging WaalwijkWonen verhuurd. De coöperatie heeft het recht de huizen onder te verhuren aan haar leden.”
Van Daal, die in januari zijn huis aan de Willem Dreeshof hoopt te betrekken, is van huis uit accountant en fiscalist en heeft erop toegezien dat alles financieel goed is geregeld. “WaalwijkWonen heeft de optie de huizen over negen jaar te kopen van de stichting, mocht dat financieel interessant voor ons zijn. En zo niet, dan blijft de huidige constructie bestaan. Omdat dit kooprecht bestaat, moet WaalwijkWonen het onderhoud aan de woningen zelf betalen. Daarvoor betaalt elke huurder iedere maand 45 euro.”
Met de maandelijkse 1.131 euro kale huur en een bijdrage van 10 euro voor een fonds waaruit eventuele leegstand van de woningen wordt betaald, komt het totaal op het niet geringe bedrag van 1.186 euro. Van Daal: “Dat lijkt veel, maar voor de doelgroep, meest mensen die uit een grote koopwoning komen, vallen veel lasten weg, denk aan de lokale belastingen, opstalverzekering, het onderhoud, de tuin. Bovendien zijn de energiekosten zeer laag, 30 tot 40 euro per maand, want op het dak liggen zonnepanelen en de vloerverwarming en warmwatervoorziening werken met een warmtepomp en warmte/koude-opslag in de bodem. In een vat wordt 150 liter warm water opgeslagen. Ook heel belangrijk: de jaarlijkse huurverhoging blijft beperkt tot die van de sociale huursector, dat scheelt op de langere termijn enorm vergeleken met de vrije sector.”
De woningen zouden eigenlijk 1 september opgeleverd worden. Er zijn nu nog zes woningen beschikbaar. “Dat valt ons een beetje tegen. De bouw is door allerlei oorzaken bij de aannemer vertraagd. Dan krijg je klets in de straat als zou er iets aan de hand zijn, want er wordt niet gebouwd. Lastig te weerleggen. De huizen die nu opgeleverd zijn liggen in het zicht en nu zien we ook dat mensen nieuwsgierig achterom komen lopen om te kijken.”
Waarom gaat Van Daal met zijn vrouw van een knots van een huis naar 112 vierkante meter vloeroppervlak? “Ik ben 74 en de mankementen komen vanzelf. We willen niet weg uit Waalwijk en zochten aanvankelijk een appartement, koop of huur, maar die blijken allemaal 90 vierkante meter of minder te zijn. Een geschakelde bungalow was ook niet te vinden. Twee jaar geleden kwam voor ons dit project voorbij, dat vonden we heel mooi.”
De bedoeling is volgens Van Daal dat de mensen die aan de Willem Dreeshof wonen elkaar ook op sociaal gebied de hand reiken. “Denk aan de eenzaamheid van een alleenstaande bewoner wat opvangen, wat doen voor elkaar, een medebewoner helpen die naar het ziekenhuis moet, dat soort dingen. De sociale component kreeg reeds een sterk fundament doordat we een coöperatieve vereniging zijn, waarmee we elke zes weken bij elkaar kwamen in een algemene ledenvergadering. Die beslist of iemand lid mag worden, ballotage. We leven dicht bij elkaar. Een nieuw lid moet zich voorstellen en dan wordt de vraag gesteld waarom hij of zij hier wil komen wonen, waarbij de sociale reactie voor ons van belang is. De naam Willem Dreeshof is door de gemeente wel heel toepasselijk gekozen.”
Tekst Rens Groenendijk