Vanaf 15 juli krijgt de bestrijding van de Amerikaanse eik in de Loonse en Drunense Duinen een vervolg. Nu in het bos rond de Kaatsheuvelse IJsbaan. Hier staan minder Amerikaanse eiken dan in het bos bij Loon op Zand waar al eerder is ingegrepen. Het doel blijft hetzelfde: een gevarieerder en gezonder bos als leefgebied voor meer planten en dieren.
De Amerikaanse eik is een uitheemse boomsoort die hier ruim honderd jaar geleden is aangeplant. “Dat was een tijd dat er nog heel anders naar bossen werd gekeken”, zegt boswachter Jan Verhagen van Natuurmonumenten. “Ze werden vooral aangeplant om er hout te oogsten”. Amerikaanse eiken groeien snel en leveren kwaliteitshout, en daarom werd deze exoot hier tussen de zomereiken en grove dennen geplant. “Maar het bleek uiteindelijk een wolf in schaapskleren” lacht Verhagen.
De Amerikaanse eik ontpopte zich, door afwezigheid van natuurlijke vijanden op dit continent, als een echte woekeraar. De soort ontkiemt massaal op de bosbodem en de donkere kroon laat weinig licht door. “Deze exoot houdt het bos op veel plekken in een wurggreep” zegt de boswachter. Zomereiken, berken, vuilboompjes en andere inlandse bomen maken geen schijn van kans tegen de dominante Amerikaan. Door te weinig licht groeien ze langzaam en hun zaden, én die van andere bosplanten, komen nog nauwelijks tot ontkieming in het dichte tapijt van jonge Amerikaanse eikjes op de bosbodem. “Willen we variatie terugbrengen in het bos, dan moeten we ingrijpen”, zegt Jan Verhagen.
In het verleden is er in dit bosdeel al vaker gewerkt aan de bestrijding van de Amerikaanse eik, maar toen gebeurde dat op kleinere schaal. Er bleven toen ook Amerikaanse eiken staan, maar die zijn zich massaal blijven uitzaaien. Dit bosdeel, met hondenloslooproute en aangrenzende recreatieparken, is erg druk bezocht en daarom zijn er weinig reeën die de verspreiding in toom houden. “Veel van de opgekomen bomen zijn nu nog te dun voor kap en moeten daarom machinaal met wortel en al worden getrokken”, legt Jan Verhagen uit. “De grote Amerikaanse eiken die dicht bij het pad staan, worden vanwege de veiligheid van wandelaars gezaagd en de wortels gefreesd. Staan ze verder dan 20 meter van het pad, dan krijgt de stam een ring in de bast, die de sapstroom onderbreekt. Hierdoor sterven ze heel langzaam af en vormen zo ook geen eikels meer.
Als afstervende staande boom is de Amerikaanse eik wel van waarde voor de natuur, want het dode hout is wel van nut voor heel veel insecten. En zo draagt deze exoot dan toch nog bij een aan een rijker insectenleven in het bos, waar ook vogels en kleine zoogdieren van zullen profiteren. Op een enkele plek staan grote Amerikaanse eiken die vanwege holtes in hun stam niet gekapte mogen worden. In het huidige bos zijn dat mooie broedholen voor vleermuiskolonies of boommarters. Die blijven dus staan.
Voordat de werkzaamheden kunnen beginnen wordt het hele projectgebied goed gecheckt op belangrijke natuurwaarden archeologische waarden. “Ik loop het gebied goed na op de aanwezigheid van dassenburchten, mierenhopen, holtes in bomen en roofvogelnesten”, vertelt Verhagen. “Met een lint markeer ik alle bijzondere natuurwaarden, zodat de aannemer er ruim omheen kan werken”. In een deel van het projectgebied liggen ook nog overblijfselen van een Duits munitiedepot uit de Tweede Wereldoorlog. In overleg met de gemeente Loon op Zand wordt gekeken hoe die het best beschermd kunnen worden.
Dit project kan uitgevoerd worden met financiële steun van de Provincie Noord-Brabant. Vanuit het Landelijke Programma Natuur stelt de provincie middelen beschikbaar om kwetsbare natuur de herstellen en te versterken. Zo wordt gewerkt aan de verbetering van leefgebieden van planten en dieren in natuur met een Europees beschermde status Natura 2000.
Bron: Natuurmonumenten