WAALWIJK – In de nacht van zaterdag op zondag heeft een bewoonster uit de Ingenieur Lelystraat in Waalwijk een vos gezien aan de overkant van de sloot die grenst aan haar woning.
Ze zag omstreeks 04.00 uur een beest lopen aan de overkant van de sloot. “Het beest was te groot voor een kat. Ik bleef stil staan om het beest met mijn ogen te volgen en probeerde in mijn hoofd thuis te brengen wat ik nu eigenlijk zag. Het dier liep te zoeken/jagen langs de rand van de sloot. Waarschijnlijk op zoek naar ratten (die leven hier namelijk veel). Nadat mijn ogen aan het licht, waar ik in keek, waren gewend zag ik tot mijn verbazing de dikke lange staart van het dier om vervolgens daarna goed de vorm van het beest te zien, en toen viel het kwartje: DIT IS EEN VOS!”
“Ik wist niet wat ik zag. Wat een prachtig beest! En wat doet het hier, in een woonwijk? Zou het normaal in/rondom de weilanden tussen Drunen en Waalwijk leven en nu hierheen gelopen zijn vannacht? Vragen die door mijn hoofd schoten op dat moment..”
“Ik bedacht me dat ik dit vast moest proberen te leggen dus ik probeerde mijn telefoon zo snel mogelijk uit mijn jaszak te pakken zonder het dier uit mijn ogen te verliezen. Opeens had het dier mij ook in de gaten. Keek me 2 seconden, met zijn spitse snuit en oren, strak aan om vervolgens weg te rennen. Om de flat heen, via de sloot (aan de kant van de Professor Nolenslaan) richting de Van Der Merwedelaan. Toen het dier begon te rennen heb ik ook nog even een sprintje gezet zodat ik hem zo lang mogelijk nog kon zien. Van de achterkant weliswaar, maar wat een prachtig beest! Zo snel. En schuw”.
Vossen (bron Wikipedia)
Vossen jagen solitair, meestal ’s nachts en in de schemering, maar in onverstoorde gebieden jaagt hij liever overdag. De vos is een opportunist: hij eet bijna alles. Hij kan hard rennen, tot zestig kilometer per uur, alhoewel zes tot dertien kilometer per uur de normale snelheid is.
Zijn prooien zijn meestal kleine en middelgrote prooidieren, zoals grote kevers, muizen en andere knaagdieren, konijnen, hazen, vogels en eieren, regenwormen en egels. Ook vruchten en bessen (vooral bramen) worden gegeten, evenals aas, placenta’s en afval. De vos is dus een omnivoor, maar ook een opportunist: in de Nederlandse Oostvaardersplassen leeft hij bijvoorbeeld in het voorjaar vooral van ganzenkuikens. De vos negeert kikkers en padden en vindt mollen en spitsmuizen niet lekker.
